De gemeente mag haar activiteiten niet onbeperkt financieren met kortlopende financieringen. In de Wet financiering decentrale overheden (Wet fido) is hiervoor de kasgeldlimiet opgenomen. Als een gemeente voor het derde achtereenvolgende kwartaal de kasgeldlimiet overschrijdt, moet de gemeente haar toezichthouder hiervan op de hoogte te stellen en een plan voorleggen om binnen de kasgeldlimiet te blijven.
De hoogte van de kasgeldlimiet berekenen we als percentage van het begrotingstotaal. Dit percentage stelde het Rijk vast op 8,5%. De kasgeldlimiet voor 2023 bedroeg € 10.482.000. In 2023 overschreden we de kasgeldlimiet niet. De gemeente voldeed hiermee aan de regels van het Rijk.
Bedragen * € 1.000 | ||||
---|---|---|---|---|
Kasgeldlimiet 2023 | 1e kwartaal | 2e kwartaal | 3e kwartaal | 4e kwartaal |
1. Kasgeldlimiet | 10.482 | 10.482 | 10.482 | 10.482 |
2. Gemiddeld kortlopende schuld | - | - | - | - |
3. Gemiddeld kortlopende middelen | 14.674 | 25.521 | 31.317 | 35.929 |
4. Overschrijding (-) van kasgeldlimiet | - | - | - | - |
5. Ruimte (+) van kasgeldlimiet | 25.156 | 36.003 | 41.798 | 46.411 |